De prijzen zijn laag in Denemarken, ze zijn 10 cent gezakt. Eerst lagen ze boven het Europese niveau, nu eronder. De Deense melkveehouders hebben minstens dezelfde prijzen als hun Europese collega’s nodig omdat ze hoge lasten hebben dankzij strenge eisen o.a. op het gebied van milieu en dienrenwelzijn en rentes over hele hoge schulden. Arla foods verwerkt 94/95% van alle Deense melk, en eigenlijk is er geen alternatief: de overige kleine melkfabrieken zijn te klein om melk van meer boeren af te kunnen nemen.
In de jaren -0 en 80 zijn honderden kleine melkfabrieken gefuseerd om de kosten voor de boeren te drukken. Daarna waren er nog maar twee over, die elkaar wegconcurreerden en grote tekorten opliepen. Die twee fuseerden tot MD Foods, wat daarna met het Zweedse Arla later fuseerde. Na een paar jaar fuseerde Arla met melkcoöperaties in Groot Brittannië en Duitsland, en het koopt nu ook andere melk op melk in Finland en Duitsland.
Nu koopt Arla officieel in tegen één prijs in zes landen, maar er worden toch verschillende prijzen gehanteerd. Arla gebruikt een speciale wisselkoers van de Deense kroon naar andere muntsoorten. In Groot Brittannië is de prijs 1,5 cent lager, in Zweden 1,5 cent hoger. Dat heeft ook te maken met verschillende nationale regelgeving. De Deense melkveehouders hebben het nakijken.
Met dank aan de nieuwsbrief van de European Milk Board