De NAV (Nederlandse Akkerbouw Vakbond) luidde 4 nov. de noodklok: AKKERBOUW BEDREIGD!
De directe 4 aanleidingen waren: het nieuwe GLB richt zich vooral op melkveehouders; nieuwe nitraatrichtlijnen en Farm to Fork leiden tot inkomensverlies; SER advies zal leiden tot minder akkerbouwers, willen we dat?
1 Het nieuwe GLB dat op 1 jan. moet 2023 ingaan. Alle lidstaten moeten een Nationaal Strategisch Plan (NSP) opstellen. Daarbij zijn drie doelen vastgesteld: een behoorlijk boereninkomen om voedselzekerheid te garanderen, een bijdrage aan het oplossen van klimaat- en milieuproblemen en een leefbaar platteland. Er zijn twee pijlers: pijler 1 voor directe inkomenssteun en ecoregelingen en pijler 2 voor milieu- en plattelandsdoelen. In de Nederlandse plannen voor het nieuwe GLB worden de voorwaarden voor directe inkomenssteun sterk aangescherpt. Tegelijkertijd wordt, mede op advies van Wageningen Universiteit en Research (WUR), veel geld overgeheveld van directe inkomenssteun voor boeren (pijler 1) naar klimaat- en milieudoelen (pijler 2). Het geld voor klimaatdoelen wordt met name gebruikt voor compensatie van melkveehouders voor peilverhoging in veenweidegebieden en het geld voor milieudoelen is met name compensatie van veehouders voor stikstofbufferstroken rondom Natura2000 gebieden. Dit wordt ‘opgehoest’ door de inkomenssteun in pijler 1 zeer fors te verlagen voor de andere grondgebonden boeren, waardoor vooral de akkerbouwers hiervoor zullen opdraaien. Tegelijkertijd signaleert WUR dat 20-35% van de akkerbouwbedrijven nu al onder de lage-inkomensgrens zit. Het effect van alleen het GLB op het inkomen wordt geschat op tot ca. 20% inkomstenderving in de akkerbouw.
2. Tegelijkertijd speelt het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn (7e AP) om de waterkwaliteit te verbeteren. Het Ministerie van LNV heeft concept-maatregelen gepubliceerd met verregaande ingrepen in de bedrijfsvoering van boeren en in de bouwplannen (gewaskeuzes). De economische impactanalyse door WEcR (Wageningen Economic Research) rekent voor dat akkerbouwers tot ca. 40% inkomen kunnen verliezen door de voorgestelde maatregelen. Alleen al vanwege het 7e AP voorspelt WEcR dat ‘veel akkerbouwbedrijven geen rendabele bedrijfsvoering meer zullen kunnen realiseren’. De landbouwsector heeft bezwaar tegen de plannen vanwege deze impact maar ook omdat ze nauwelijks bijdragen aan de doelen. De sector stelt nu alternatieve plannen op, maar het gevaar dreigt dat het ministerie deze van tafel veegt omdat de plannen voor 1 december moeten worden ingeleverd in Brussel. Maar ook het 7e AP treft dus met name akkerbouwers in hun inkomen.
3. Daarnaast spelen de Europese plannen ‘Farm-to-Fork’, met sterke vermindering van gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen. WUR heeft het effect van Farm-to-Fork doorgerekend en voorziet forse opbrengstdervingen in de akkerbouw. Dit wordt gesteund door onderzoek in Duitsland en de VS.
4. Ondertussen heeft de SER een verkenning gedaan naar een landbouwakkoord, waarin met werkelijk iedereen gepraat is behalve met de NAV. Want ja, dat is maar akkerbouw, daar zitten de problemen niet. Door alle aandacht te richten op de veehouderij dreigt de akkerbouw stilletjes te verdwijnen uit Nederland, tegen alle maatschappelijke wensen in voor een transitie naar meer plantaardige productie en consumptie.
Waarom werken alle natuur- en milieuorganisaties hieraan mee in de maatschappelijke begeleidingsgroep van het Nationaal Strategisch Plan voor het GLB? Waar blijven de politieke partijen die meer plantaardige productie voorstaan en waar blijft iedereen die de mond vol heeft over een goed boereninkomen in het debat? Ja, GLB en het 7e AP lossen zo misschien een deel van de klimaat- en milieuproblemen op, maar deze worden vooral veroorzaakt door veehouderij en met name betaald door de toch al slecht verdienende akkerbouw.
Daarom luidt de NAV de noodklok: met het voorgenomen beleid dreigt de akkerbouw te verdwijnen uit Nederland. Iedereen die dat NIET wil moet nu in actie komen!
Wat wij willen: een goed markt- en prijsbeleid zodat boerenbedrijven kunnen overleven, veenweidepeilverhoging en stikstofbufferzones betalen uit de Rijksbegroting, de door de landbouwsector aangedragen alternatieven voor het 7e AP overnemen en de akkerbouw een prominente plaats geven in een eventueel landbouwakkoord.
De akkerbouw wil graag meewerken aan het halen van klimaat- en milieudoelen maar niet door er zelf aan ten onder te gaan. Iedereen die de akkerbouw wil behouden in Nederland roepen wij op ons te steunen in het bereiken van onze doelen.
Teun de Jong, voorzitter
====================================
Uit ‘Genoeg is Beter’ van december: Inmiddels heeft de minister gereageerd op de brief van de NAV. Dat was eerlijk gezegd nogal teleurstellend. Het ministerie blijft vaag en komt ons ook niet tegemoet wat betreft bijvoorbeeld gekoppelde steun voor eiwitgewassen. Men blijft erbij dat deze in de ecoregeling kunnen meetellen, mits biologisch geteeld. Dit terwijl er geen voorwaarde van biologische bedrijfsvoering wordt opgelegd aan pijler 2-geld voor veenweideproblemen en voor stikstofbufferzones. Binnenkort vindt er een gesprek plaats tussen de NAV en het ministerie.
Het gesprek met de Kamercommissie heeft digitaal plaatsgevonden op 25 november. We begonnen met een korte presentatie (zie www.nav.nl) waarin wij vooral hebben benadrukt dat de stapeling van beleidsvoornemens uitermate slecht dreigt uit te pakken voor de inkomens van akkerbouwers en dat daarmee de hele akkerbouw ook in gevaar komt.
Wij hebben benadrukt dat de NAV voorstander is van markt- en prijsbeleid, maar dat wij ons, door het ontbreken daarvan, genoodzaakt zien de toeslagen te verdedigen en proberen te behouden voor de akkerbouw.
Na de presentatie was er voor alle Kamerleden gelegenheid om twee vragen te stellen. Die gingen o.a. over onze vraag om gekoppelde steun voor (niet alleen biologische) teelt van eiwitgewassen, de compensatie voor veeboeren voor verlies van veenweidegebieden en stikstofzones rond veenweidegebeiden (waardoor ‘de pot’ voor akkerbouwers kleiner wordt), en onze vraag om landbouw buiten de handelsverdragen et houden., over bestrijdingsmiddelen en mestbeleid. Zie verder het ledenblad op nav.nl.
Al met al was het een kort maar effectief gesprek wat ook nog meer interactie opleverde achteraf. Wij zijn als NAV blij dat de Kamercommissie de tijd en aandacht voor ons had.