Lokale verkoop door poolse familiebedrijven ‘illegaal’

Sinds januari zijn al 200 boeren in konvooien naar noord-Poolse steden gereden om te protesteren tegen wetten die hun traditionele manier van leven bedreigen. Tijdens een recente blokkade werd een tafel gedekt met bijna alle Poolse populaire en beroemde gerechten: gerookte ham, zuurkool, rauwe melk, brood, groenten in het zuur, kaas – allemaal voedsel dat niet voldoet aan de huidige eisen w.b. voedselverwerking in speciaal gebouwde ruimtes, die alleen de grootste bedrijven die verkopen aan supermarkten zich kunnen veroorloven.

De belangrijkste eisen van de boeren:

– roep het opkopen van prima Poolse landbouwgrond door buitenlandse grote bedrijven een halt toe

– breng het verbod op GMO aanplant ten uitvoer

– stop de criminalisering van verkoop aan huis. De Poolse wetgeving op dit gebied is de strengste van Europa.

‘GIs het anderen hier te doen om het wegvagen van de competitie door kleine en middelgrote bedrijven, die toch het beste eten produceren? Er zijn 1,5 milieon familiebedrij ven in Polen. Zij zijn de beheerders  van het Poolse platteland en de Poolse voedselketen, maar hun voortbestaan wordt bedreigd. Dat kan alleen gewaarborgd worden door een regering die aan hun dringende oproep gehoor geeft.  ‘Aldus Julian Rose en Jadwiga Lopata, boerin en oprichter van de Poolse organisatie ICPPC, in Londen.

Commentaar van Via Campesina:

Kleine en middelgrote bedrijven verwijnen dankzij wetten die leiden tot land concentratie, concurrentie op de wereldmarkt en voedselstandardisatie, en die de plaatselijke voedselcultuur en tradities wegvagen.

  Mr  José Graziano da Silva, the  FAO-Director General,s telde in een recent artikel verwijzend naar ‘Het internationale Jaar van de Familielandbouw’: We kunnen nog veel leren van de familiebedrijven, meestal kleine en middelgrote boeren, inheemse volkeren, traditionele gemeenschappen, vissers en herders en vele anderen…. Maar al te vaak zijn de familoiebedrijven gezien als een probleem dat ‘opgelost en er werd nauwelijk s aandacht aan besteed. Die instelling moeten we veranderen: Familiebedrijven zijn niet een deel van het probleem maar juist een deel van de oplossing in de richting van voedselzekerheid en durzame ontwikkeling. ‘