Jammer, maar het zat er al een tijdje aan te komen: de leden-vergadering van de NAV heeft het voorstel van het bestuur om het lidmaatschap van La Via Campesina te beëindigen gesteund. Belangrijkste drijfveer voor het bestuur waren vooral:
- ECVC vertegenwoordigt niet de levensvatbare familiebedrijven zoals de bedrijven van onze leden maar is meer een politieke plattelandsbeweging geworden, waarvan
in ieder geval een deel de Nederlandse akkerbouw ziet als een ongewenste vorm van industriële landbouw. - de inspanningen van het NAV-bestuur om ruimte te vragen voor andere standpunten hebben niet tot enige erkenning geleid van het feit dat wij als ECVC-lid een andere mening kunnen
hebben. Daarbij ging het er ons niet om of deze mening wordt overgenomen, maar of er op een democratische manier mee wordt omgegaan. Het bestuur vindt het spijtig om afscheid te nemen maar vindt het essentieel dat er – in een organisatie waar de NAV lid van is – ruimte is voor individuele meningen.
Het bestuur van ECVC is inmiddels van dit besluit op de hoogte gesteld. Het NAV-bestuur zoekt uitbreiding van onze kanalen om de belangen van onze leden ook internationaal zo effectief mogelijk te behartigen.
Actieplan Plantgezondheid
De NAV heeft samen met LTO en ketenpartijen het plan opgevat om actief aan de slag te gaan om de milieuprestaties van
de sector te verbeteren en dit tegelijk breed uit te dragen naar de maatschappij. Dit heeft geleid tot het opstellen van het Actieplan Weerbare Teeltsystemen.
Speerpunten worden waarschijnlijk:
• Een vitale bodem zorgt voor minder ziektegevoelige planten die we met minder chemische middelen kunnen opkweken.
• Ook met precisietechnieken kunnen we met
minder gewasbeschermingsmiddellen en meststoffen
hetzelfde doel bereiken.
• Een verdere vergroening van de middelen zal de
milieu-impact verminderen.
• We moeten meer draagvlak vinden in de maatschappij
door betere communicatie met de burgers
en door het uitbouwen van een duurzaamheids-
certifi ceringsprogramma.
• We kunnen als sector meer doen aan biodiversiteit
en verfraaiing van het landschap met bijv.
bloemenranden.
Ook de overheid zal over de brug moeten komen:
• Versnelling van de toelating van minder schadelijke
groene gewasbeschermingsmiddelen.
• Er moet meer ruimte komen om via bemesting
het organische stofgehalte van de grond te verhogen.
• Er moeten weer financiële middelen komen om
praktijkonderzoek te kunnen uitvoeren.
• De vergroeningsregelingen zullen meer gericht
moeten worden op biodiversiteit en verfraaiing
van het landschap.
• Om echt een slag te maken in het verminderen
van gewasbescherming zullen de nieuwe
veredelingstechnieken zoals CRISPR-Cas en
‘gene editing’, snel toegestaan moeten worden.
Om echt de doelen te kunnen bereiken, zijn er
een groot aantal afspraken gemaakt over wat er
wanneer bereikt moet zijn. Zie voor enkele van die punten het eerste artikel in Genoeg is Beter, dec 2017 (ledenblad van de NAV)