Rapport stelt natuurbeheer in Afrika (Kenia) aan de kaak. De handel in ‘carbon credits’ zal de situatie nog verergeren.

Kenia, met zijn uitgestrekte en gevarieerde gebieden met ‘wildlife’, was de eerste ‘safari’ bestemming voor de westerse reiziger; een aanzienlijke inkomstenbron voor het land. Maar dit heeft met zich meegebracht dat plaatselijke gemeenschappen van het land van hun voorouders verdreven werden en dus ook de toeristendollars misliepen die vooral ten goede komen aan luxueuze ‘lodges’en safari reisbureaus.  De safari gebieden worden bewaakt door ‘rangers’ die stropers moeten weren. Dit model –  ‘natuur als een fort’ ligt onder vuur omdat het mensen uitsluit en niet zo effectief is als modellen waarin juist plaatselijke gemeenschappen natuurbescherming  managen. Aldus een recent rapport  van het Oakland Institute i.s.m. anderen.

Zo’n controversieel model is de Northern Rangelands Trust (NRT), opgezet in 2004 als ‘community-natuurbeheer’, door Ian Craig, wiens familie in de Britse koloniale tijd behoorde tot de blanke elite. In de jaren 80 bezat zijn familie een veeboerderij van 62,000 acres (25.000 hectares) die veranderd werd in de ‘Lewa Wildlife Conservancy’. Sinds de oprichting heeft NRT nog eens 39 natuurbeheer-gebieden ter grootte van 42.000 opgezet, bijna 8% van Kenya’s grondgebied. In die gebieden wonen vooral veehouders die al tientallen jaren gemarginaliseerd worden door de Kenyase regering.

De NRT (Northern Rangelands Trust) beweert dat zij ‘de levens van de mensen wil veranderen, vrede wil brengen en de natuur wil beschermen’. Maar plaatselijke gemeenschappen beweren dat het doel is hen van hun land te verdrijven en dat de ‘rangers’ grote inbreuk hebben gemaakt op de mensenrechten, door o.a. moorden en verdwijningen. Deze (ongeveer 870) rangers zijn uitgerust met militaire wapens  en worden getraind op de Kenyase Wildlife Opleiding voor Wetshandhaving, en door een privé veiligheidsdienst gerund door Ian Craig’s zoon, Bastian Craig, en anderen . Zij beperken zich niet tot stropen maar bemoeien zich ook met conflicten tussen etnische groepen (die van oudsher vaak voorkomen i.v.m. veediefstal). Tientallen mensen zijn gedood door de Kenya Wildlife services and andere regeringsorganisaties, en ook in het Biliquo Bulesa reservaat, in 12 gevallen met steun van de NRT. Er zijn ook berichten over ontvoeringen, verdwijningen en martelingen vanwege natuurbeheer. 

Door de jaren heen zijn de conflicten over land en natuurlijke hulpbronnen verergerd. 40% van het district Laikipia is nu van slechts 48 personen, vooral blanke boeren die zo een inkomen verwerven uit het toerisme maar ook van organisaties voor natuurbeheer. In het district Isiolo zijn nu 10.000 acres bestemd voor natuurbeheer. Vooral in 2017 in een bijzonder droog jaar braken er onlusten uit tussen de veelal blanke boeren den de herders van de Pokot en Samburu stammen over graasland. Plaatselijke bewoners klagen dat de NRT gemeenschappen dwingt om hun beste land ter  beschikking te stellen voor wildreservaten, waarna er toeristenfaciliteiten worden gebouwd. De NRT heeft de mond vol van ‘gemeenschapsprojecten’, ‘participatie’ en ‘in handen van de plaatselijke bevolking’,  waar niets van klopt, hoewel er wel plaatselijke leiders of bestuursambtenaren worden geïntimideerd (ook d.m.v. arrestaties en ondervragingen) of omgekocht om hun toestemming te geven, waarbij ze zogenaamd spreken namens de gemeenschap. 

Naast het runnen van de wildreservaten houdt de NRT zich ook bezig met veiligheid, beheer van graasland, en veehandel, waardoor de NRT nog meer te zeggen heeft over de regio dan de Keniase regering. De NRT beweert dat deze activiteiten gemeenschappen ondersteunen en bijdragen aan ontwikkeling en een duurzame economie bevorderen, maar dat spreken plaatselijke gemeenschappen en leiders tegen. In alle districten zijn protestbijeenkomsten georganiseerd en vele petities ingediend. 

De NRT werkt nauw samen met de KWS (Kenyan Wildlife Service) , een staatsinstelling die ressorteert onder het ministerie van Wildlife en Toerisme. In juli 2018 werden Ian Craig en Jochen Zeitz tot consternatie van plaatselijke milieu-activisten benoemd tot bestuurders van de KWS.  (Zowel de NRT als de KWS krijgen veel fondsen van USAID, de Europese Unie, en milieu-organisaties zoals TNC (The Nature Conservancy), een organisatie die nauwe banden heeft met  vervuilende bedrijven zoals o.s. Shell, Ford, BP en Monsanto). De NRT heeft naar verluidt ook bijgedragen aan de ontginning van fossiele brandstoffen. Vanaf 2015 werd een vijfjarige samenwerking aangegaan met the British Tullow Oil and Canadian Africa Oil Corp in 6 districten in Turkana en West Pokot waar ‘6 ‘gemeenschapsprojecten’  de mensen bewust zouden maken van ‘de voordelen van de commercialisatie van olievoorraden’ (!) Plaatselijke bewoners zeggen just dat ze bezorgd zijn om de gevolgen voor het milieu en mensenrechten. 

Kortom, de NRT verpersoonlijkt een Westerse benadering van milieubeheer die winsten genereert maar de plaatselijke gemeenschappen marginaliseert.

De Keniase regering heeft in 2010 in de grondwet en in 2016 in de Community Land Act erkend dat ‘community land’ rechtszekerheid biedt en dat vee hoeden een legitiem beroep is. Dat was een verheugende ontwikkeling, waardoor gemeenschappen hun gezamenlijk recht op een bepaald gebied konden vastleggen, en daarna hun land zelf konden beheren. Maar de eerste drie jaar kon nog geen enkele gemeenschap hun eigendomsrechten vastleggen. Na de eerste poging, door 11 gemeenschappen uit 5 districten die lukte, in juli 2019, kregen de mensen te horen dat ze binnen een paar maanden wat zouden horen. Eind 2020 kregen groepen uit één district,  Laikipia , bericht dat de aanspraken op hun gebied waren geregistreerd. De anderen wachten nog steeds. De betreffende minister zegt dat niet aan alle wettelijke eisen is voldaan. 

De 33 mensen uit de betreffende districten die voor dit onderzoek zijn geïnterviewd hebben herhaaldelijk om een eerlijke behandeling gevraagd aan de regering en de politie toen zij inbreuk op  de mensenrechten en zelfs de dood van familieleden rapporteerden. Uit het rapport komt een grote noodzaak naar voren naar een onderzoek naar grieven over landbezit rondom alles wat de NRT onderneemt op het gebied van zogenaamd ‘natuurbeheer door plaatselijke gemeenschappen’. Hierin staan de oorspronkelijke bewoners in Kenya niet alleen, het komt over de hele wereld voor. 

De laatste bedreiging is het 30 x 30 initiatief’ –  een plan van de UN conventie over Biodiversiteit om vóór 2030  30 % van de planeet te beschouwen als ‘beschermde gebieden’. Beschermd’ door wie??  

Bedrijven overal ter wereld willen gaan betalen voor ‘carbon credits’ om hun koolstof-schade te compenseren.

(Tijdens het webinar over dit onderwerp op 18 januari j.l. werd de ‘chat’ continu verstoord door mensen die beweerden dat er niets van het rapport klopte; waarschijnlijk werknemers van NRT. )