Sjoerd Wartena: in Frankrijk in zo’n 15 jaar al meer dan 100 boerderijen beschikbaar voor jongelui

Het interview met Sjoerd Wartena (uit 2014)  sluit mooi aan bij Chris van Bruggen’s  pleidooi voor een ander pachtstelsel., gebaseerd op het Franse model. Sjoerd Wartena beschrijft hoe hij een jaar of 40 geleden neerstreek in de Drome (een droge regio in Frankrijk in de uitlopers van de Alpen), in een dorpje met 6 oude mensen die zichzelf al als afgeschreven beschouwden en op het einde van hun beschaving zaten te wachten. ‘Wij kwamen van een andere planeet, uit Amsterdam, maar we zagen wat een enorme kennis zij hadden. Wij wilden hun werk voortzetten op een moderne manier. Inmiddels zijn er hier 4  bedrijfjes die geen enorme kapitalen verdienen maar ervan kunnen leven’ 

 

Interview with Sjoerd Wartena – Founder of Terre de Liens from Future Farmer Films on Vimeo.

Samenvatting: 

Al vroeg dachten we :  hoe moet je organiseren dat mensen die dat willen, aan land geholpen kunnen worden? In een Europa gericht op de competitie op wereldniveau, waarin dit soort landbouw er niet aan te pas komt? Dan moet je burgers de gelegenheid geven om hun geld daarin te kunnen steken, op zo’n  manier dat ze hun geld niet kwijt raken (en zo’n boerderijtje niet in gevaar brengen door hun land terug te vragen).  Je moet dus iets groters maken, wat boven het dorpsniveau uit gaat. Ik moest  wel in Frankrijk medestanders zoeken. Dat heeft heel lang geduurd. Ik was met andere dingen bezig, verkoop van kruiden en zo.

Maar na 20 jaar, rond 2000, kregen we toch een groep mensen bij elkaar, en instanties, en een organisatie die al allerlei soort activiteiten op het land stimuleerde. We hebben een commanditaire vennootschap opgericht, dat was in 2007,  en vroegen aan de financiële markt of we 3 miljoen bij elkaar mochten brengen. Dat vond ik belachelijk hoog, maar binnen 6 maanden hadden we 4 miljoen! Inmiddels hebben we 30 miljoen. We hebben 100 boerderijen gekocht, met 8000 aandeelhouders en 2000 schenkers. In bijna elke ‘région’ hebben we een ‘Association Terre de Liens’, met een gesalarieerde persoon. We worden door de regionale overheden gesteund.

Het werkt zo: een jong persoon  klopt bij zo’n regionale Association aan en weet wel grond te koop maar heeft geen geld, of andersom. Hij/zij heeft wel een plan. De regionale vereniging stuurt dit op naar de investeringsmaatschappij die een ‘comité d’experts’ heeft dat ja of nee zegt. Dan gaan ze samen geld zoeken. Het geld voor een project moet eigenlijk voor 75% van de aandeelhouders in zijn/haar omgeving/familie komen. Dat lukt aardig. Mensen nemen een aandeel omdat er die fondation (Terre des Liens) achter staat die groot genoeg is en die er waarschijnlijk wel voor zorgt dat je je geld terug krijgt, mocht je het nodig hebben.  Inflatie speelt ook mee: het geld is niet weg, je  verdient er niets op. Het rendement is een betere natuur, en de jongelui die je helpt. Dat is maatschappelijk rendement. Mensen die geld inleggen krijgen belastingaftrek.

We spreken pacht af onder ecologische voorwaarden. We hebben bio(dynamische) landbouw, en ook wat we hier noemen ’agriculture paysanne’;  korte keten verkoop, zorgboerderijen etc. Het is eigenlijk de plicht van iedere burger om geld in dit soort projecten te stoppen. Als hij het weer nodig heeft na 15/20 jaar kan hij het weer terug krijgen.

Van die 30 miljoen die we in kas hebben laten we  25% onaangeroerd, die beleggen we. Dat levert een beetje rente op waarvan we mensen betalen die de papierwinkel op zich nemen (controle van gebouwen, contracten opstellen etc .) Dat is een ploeg van 6 mensen.

Wat erg helpt is dat de Pachtwet in Frankrijk buitengewoon goed is. Die is na de oorlog meteen ingesteld. Pacht voor 9 jaar wordt naargelang de oogst vastgesteld. Na 9 jaar gaat die pacht door. De eigenaar kan het land alleen terugvorderen als hij of zijn kinderen zelf weer gaan boeren. Als je grond pacht hebt heb je hier in Frankrijk enorm veel rechten.

Terre de Liens is een succes geworden omdat we in Frankrijk een lage pachtprijs hebben, en omdat we de SAFER hebben. (Een organisatie – deels te vergelijken met het kadaster- die elke koop moet goedkeuren EN kan beslissen over de prijs, de koper etc. Wie zijn kandidaat? Ze maken een  lijst. In sommige  streken  kom je er niet tussen, daar wordt het geregeld door de plaatselijke boerenbond. Maar in veel gebieden worden wij bovenaan de lijst gezet als we een goed project hebben.

Wat helpt is de lage grondprijs: de gemiddelde koopprijs is 5200 euro, in Nederland is het 30-40.000euro, in Italië en Engeland en in de meeste EU landen is het ook veel. Boeren die hier in Frankrijk  niet uit kunnen breiden gaan naar bijv. de Balkan en kopen daar maar raak. Die franse pachtwet zou een Europese wet moeten zijn! Dan zou je die enorme speculatie tegen kunnen gaan, ‘land grabbing’ eigenlijk. 

Dus de lage grondprijs is een reden dat Terre de Liens een succes kon worden. De tweede reden is dat de fransen hebben nog meer connectie hebben met het boerenleven, ze hebben vaak familie op het platteland.

Als ik bij een boerenbond kom en dan zeg  ”wat is beter, wat is economisch verantwoord? Een klein geitenbedrijf  of een grand culture, (graan etc.) met subsidie uit Brussel?  dsan weten ze niks te zeggen. De landbouw in West Europa zou gevarieerd en kleinschalig moeten zijn , en dan kun je er nog iets bij doen. Je eigen huis bouwen bijvoorbeeld. Multifunctionele landbouw, daar kunnen honderdduizenden mensen werk in vinden. Ondertussen sturen we de mensen het land op met van die grote machines. Er houden zoveel boeren op.

Je zou op de lagere school al met landbouw onderwijs moeten beginnen en excursies maken naar kleine bedrijven. In Terre de Liens doen we tamelijk veel aan voorlichting, en we hebben een paar bedrijven waar mensen hun project uit kunnen testen en begeleid worden w.b. verkoop, verpakking etc.

We zijn ooit zelf begonnen omdat we geïnteresseerd waren in al die mensen die ‘terug naar de natuur’ gingen. Die gingen we opzoeken, in de VS , in Italië en Frankrijk. Een vriend van ons streek hier in de Drome neer, en begon een garage. Later gingen we samen met hem een boerderij  beginnen. Hier in de buurt zijn ook Belgen begonnen, hun landbewerking is waardeloos maar ze zijn wel fantastische worst en paté aan het maken en ze organiseren veel in de omgeving. Dat soort dynamiek mist een boer-van-huis-uit  vaak, hoewel hij misschien beter de grond bewerkt. Die twee soorten boeren vullen elkaar goed aan. we hebben hier in de buurt ook een kruidencoöperatie opgericht, half boeren half nieuwkomers. Die boeren konden alles maken en repareren, ze zijn heel praktisch, maar ik ging rond om  subsidies te vragen, ik klopte on p 20 deuren tegelijk en ik sprak mijn talen.  Nieuwkomers zoals ik hadden een eigen inbreng. Soms is er een enorme scheiding tussen de geitenwollen sokken en de boeren en staan ze vijandig tegenover elkaar. Die boeren zeggen:  ‘Wij gaan ons niet meer bukken omkruiden te plukken zoals onze vaders, we rijden op de trekker”.

Tekst van de film samengevat door Greet Goverde, secr. Pl;atform ABC