De tekst van ons verkiezingspamflet heeft als basis de vorig jaar uitgebrachte toekomstvisie‘ ‘De toekomst van de akkerbouw. Genoeg is Beter 2.0’ , waarin alle kansen voor verduurzaming, het handelsbeleid en verdienmodellen besproken. Maar het verkiezingspamflet geeft veel korter en bondiger ons toekomstbeeld weer. We hebben inmiddels van diverse partijen de toezegging dat zij zullen reageren. De NAV zal deze reacties op onze website zetten, zodat u rustig deze reacties kunt bekijken. Hopelijk kunnen deze u helpen in uw keuze op 17 maart! We zullen dit pamflet ook na de verkiezingen aan de formateur opsturen om mee te nemen in de onderhandelingen
Ons toekomstbeeld is:
1.Genoeg is Beter (GG: dat is al 30 jaar het motto van de NAV): geen overproductie, geen dumping. Export binnen de EU van alle producten want dit is één markt. Export buiten de EU naar landen waar de producten niet kunnen worden geteeld of buiten seizoen zijn of waar een koopkrachtige vraag is. Alleen export van zaai- en pootgoed wereldwijd.
2.Fatsoenlijk inkomen voor akkerbouwers:
a. Gelijk speelveld binnen de EU door gelijke regelgeving. Gelijk speelveld buiten de EU door landbouw buiten de vrijhandelsverdragen te houden zodat voor importproducten dezelfde eisen aan de productiewijze kunnen worden gesteld als voor eigen producten. Voedsel is te belangrijk om aan de vrije wereldmarkt over te laten.
b. Eerlijke margeverdeling in de keten doordat afnemers inzien dat ook zij gebaat zijn bij het behoud van de Nederlandse primaire productie en bereid zijn daarvoor te betalen. Dus kostprijsdekkende prijzen: geen verkoop onder de kostprijs. Voor de consument maakt dit nauwelijks uit: 1 ct./glas bier, 8 ct./brood, 3 ct./bakje patat. De overheid stelt zich weer op als ‘marktmeester’.
c. Betaling voor groene en blauwe diensten: als land uit productie moet worden genomen of als akkerbouwers werk verrichten voor milieu of biodiversiteit wordt de opbrengstderving gecompenseerd en worden de uren betaald.
d. Boeren halen hun inkomen uit de markt maar zolang dat niet lukt zijn de eisen voor de basisbedrijfstoeslag (GG: subsidie)uit het GLB voor iedereen haalbaar.
3.Behoud van vruchtbare gronden voor akkerbouw:
geen woningbouw, wegen, zonneparken en natuur op de meest vruchtbare akkerbouwgronden. De EC en de FAO zien afname van grond die geschikt is voor akkerbouw, dus geschikte gronden moet men niet zo maar uit productie nemen. Hiervoor is centrale regie in de ruimtelijke ordening nodig.
4.Duurzame akkerbouw betekent:
a. Minimale emissie: evenwichtsbemesting en minimalisering van gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Daarvoor zijn toelating van laag-risico (groene) middelen en nieuwe veredelingstechnieken (GG denk aan crispr-cas) essentieel.
b. Goed bodembeheer stimuleert zowel opbrengst als plantgezondheid. Dierlijke mest is hierbij onmisbaar. Er moet in de mestwetgeving meer ruimte komen voor toepassen van vaste mest.
c. Extensivering is mogelijk door bijv. stimulering van de teelt van eiwit- en andere gewassen met een verdienmodel.
d. Kringlooplandbouw en natuurinclusieve landbouw worden gestimuleerd door flankerend beleid. De NAV heeft in haar toekomstvisie alle kansen voor verduurzaming geïnventariseerd.
5.Akkerbouw helpt tegengaan klimaatverandering: akkerbouwgewassen zetten CO2 om in zuurstof. Door minimale grondbewerking en telen van vanggewassen slaat de akkerbouw koolstof op in de bodem. (GG: zie artikeltje pag. 2 van het ledenblad* over ‘carbon banking’)
6.Betaalbare pacht: dit wordt mogelijk door korte liberale pacht af te schaffen en verpachters lager te belasten in Box3.
7.Integraal, langdurig beleid en verlaging regeldruk: dit vraagt om regels die elkaar niet tegenspreken en om opheffen van regelgeving die verduurzaming belemmert.
8.Beleid dat stuurt op doelen i.p.v. gedetailleerde on- praktische regelgeving: akkerbouwers zijn gemiddeld HBO+ opgeleid. Zij kunnen zelf voor hun bedrijf het beste bepalen hoe ze doelen op het gebied van klimaat, milieu en biodiversiteit kunnen halen. Regels die alleen kostprijsverhogend zijn werken demotiverend. Er is in het beleid meer vakinhoudelijke kennis nodig en meer overleg met de sector.
9.Het beroep akkerbouwer wordt gewaardeerd: het is ook voor jonge mensen aantrekkelijk en betaalbaar om akkerbouwer te worden. Daarvoor moeten imago en inkomens verbeteren. Anders vrezen wij schaal- vergroting en teloorgang van de familiebedrijven.
10.Een breed gedragen akkoord over landbouw, voedsel en natuur moet zorgen voor minder polarisatie en voor langdurige rust in het beleid. Bovenstaande punten zullen verdere verduurzaming van de akkerbouw mogelijk maken mét een verdienmodel voor de boer. Alleen zo hebben akkerbouwers een economisch en maatschappelijk duurzame toekomst!
enkele opmerkingen door GG=Greet Goverde, secretaris Platform Aarde Boer Consument
* In deze ‘Genoeg is beter’ (ledenblad van de NAV) kunt u ook de mening van de NAV lezen over carbon banking, het Farmer Friendly Certificaat en de zoetwatervoorziening en nieuws over de Waddenagenda.