Wie lobbiet het hardtst voor TTIP?

Zie het plaatje: 4% van de gesprekken met de Commissie over TTIP in 2012 en 2013 vonden plaats met groepen die het algemeen belang behartigen, en 96% met bedrijven. Dus tegenover elk gesprek met bijvoorbeeld vakbonden stonden 20 gesprekken met bedrijven en industriële groepen. De overblijvende 4%  van de ontmoetingen betroffen individuelen, onderzoeksinstituten, overheden etc.

Zie HIER voor alle gegevens en hoe Corporate Europe Observatory (CEO) die gegevens verzamelde.

Er zijn aanwijzingen dat het ‘departement’ voor handel (DG Trade, d.w.z. Directorate General for Trade) de deelname aan gesprekken door lobbyisten van het bedrijfsleven aanmoedigde terwijl de vakbonden en andere ‘public interest ‘groepen werden afgehouden. In de herfst van 2012 werd ECPA (European crop protection/pesticides industry’) van harte uitgenodigd, alsmede hun Amerikaanse partners. Zij reageerden met een vraag om ‘aanzienlijke harmonisatie wat betreft toegestande hoeveelheden pesticiden in voedsel.’ Vakbonden en consumentengroepen werden niet apart uitgenodigd.

De reacties van DG Trade na openbare consultaties verschilde ook sterk. Vakbonden kregen een standaard bevestigingsbriefje, terwijl lobbyisten voor de bedrijven werden uitgenodigd voor follow-up bijeenkomsten met de onderhandelaars.

BusinessEurope and the US Chamber of Commerce, twee van de machtigste pro-TTIP lobby groepen, kregen in November 2012 ook een follow-up meeting, en wel over hun voorstel voor ‘ regulatory cooperation’ , een orgaan waarin business lobbyisten al vóór de wetgeving samenwerken met de Commissie om ‘belemmeringen in de wetgeving’ weg te nemen. Een jaar later lekte dit uit en bleek dat aan bijna alle verzoeken van  US Kamer van Koophandel en Business Europe was voldaan.  Dus de nauwe samenwerking met business lobbyisten komt door het feit dat ze makkelijker toegang krijgen tot  DG Trade.

 

Met dank aan Corporate Europe Observatory.